Schriftjes
Schaatsuitslagen. Plakplaatjes van Bazooka kauwgum of die van de Rizla vloeitjes. De top-40.
In mijn jonge jaren hield ik in schriftjes en albums al van alles bij. Ook in schriftjes die zo’n bijna legergroene kaft hadden. Ze liggen nog steeds in een kast in mijn werkkamer.
Als ik toen had geweten dat je al die informatie later gewoon op internet kon opzoeken: zou ik er dan toch aan zijn begonnen? Ach, het was leuk en leerzaam. En ik ben er niet slechter van geworden. Misschien was het gewoon een hint in de richting van het beroep dat ik later ben gaan uitoefenen: journalist.
Maar voordat ik een salaris ging verdienen, moest ik eerst in dienst. Ik behoor nog tot een generatie die, net als mijn achteroom Val Kokhuis, de militaire dienstplicht heeft meegemaakt. Ik was van lichting 72-1 (1972, januari). Na zes maanden opleiding in de Prins Bernhard(!)-kazerne in Amersfoort werd ik bevorderd tot wachtmeester. En ik kreeg nóg een beloning: twaalf maanden ‘paraat’ in de Johannes Postkazerne in Havelte (Overijssel), bij de 42ste Batterij Veldartillerie. Ik werd aangesteld als tankcommandant.
Eenmaal afgezwaaid begon ik – nog in de tijd van typemachines, kopijpapier en telex – als leerling-verslaggever. Van dichtbij maakte ik de omschakeling mee vanuit het loodtijdperk naar digitale productiemethoden. Ik werkte zo’n 25 jaar in Haarlem, op een steenworp afstand van het politiebureau in de Smedestraat. Mijn oom Val en ik hadden elkaar daar op straat kunnen ontmoeten, en misschien zijn we elkaar ook wel eens tegengekomen. Maar we kenden elkaar toen helemaal niet …..
Na bijna veertig jaar bij de krant heb ik mij, zonder de waan van de dag op de redactie, totaal niet verveeld. Uit nieuwsgierigheid ben ik in mijn familiegeschiedenis gedoken. In kleine kring (familie/vrienden, op Facebook) heb ik wel eens verslag uitgebracht van een interessante vondst. Zo kwam ik erachter dat wij (Vissers), (en dus ook Kokhuis), dezelfde voorouders delen met onder meer Ronald en Frank de Boer, Irene Schouten en Theo Koomen. En: die West-Friese BN’ers zijn dus ook familie van elkaar! Leuke weetjes.
Ik wist al wél dat de familienaam Visser een van de meest voorkomende achternamen in ons land is. En toch heb ik in Nederland nog steeds geen andere Vissers gevonden (anders dan mijn ooms/tantes en neven/nichten uiteraard) met wie ik aantoonbaar bloedverwant ben. Dat is raar!
En hoe bijzonder is het dan dat ik in de VS wél een familietak van ‘onze’ Vissers heb gevonden. Finally someone found us, was de blije en opgeluchte reactie toen ik met ze in contact kwam. Zij bleken daar geen idee te hebben hoe dat met hun Nederlandse roots in elkaar stak. Ze wisten alleen dat een Nederlandse emigrant hun voorvader was. Ik heb ze de verdere familielijn in Noord-Holland kunnen uitleggen.
Niet alleen in de VS maar ook in Canada wonen best veel Vissers. Nooit geweten. Ik heb al flink gezocht naar mijn naamgenoot Peter A. Visser, met wie Val Kokhuis zo lang is opgetrokken. Ik heb hem helaas (nog) niet gevonden.
Ik blijf verder zoeken op internet. Als ik wat vind, zet ik dat in de computer. Opschrijven in een schriftje? Nee, die gebruik al lang niet meer.